‘Waar is dat feestje?’ Wel, helaas nog te weinig in Vilvoorde. Vilvoorde heeft niet het imago van een jonge, vernieuwende stad: het is geen trendsetter op economisch, cultureel of muzikaal vlak. Verschillende jeugdhuizen sloten hun deuren, het Mekitburn-festival stopte ermee en jongeren die willen uitgaan, moeten hun amusement vaak buiten Vilvoorde zoeken. Vreemd, voor een stad met zoveel jongeren.
Onze visie: In 2025 is Vilvoorde een stad die jonge bezoekers aantrekt, waar jongeren meer verantwoordelijkheid krijgen en waar ze willen blijven wonen.
Onze absolute prioriteit is een ‘jongerensite’, een eigen plek voor jongeren, bijvoorbeeld waar nu de Parmentierloods staat. De site krijgt een goed uitgeruste, betaalbare fuifzaal, een jeugdhuis en repetitieruimte voor bands en theatergroepen. Vilvoords talent krijgt er een podium. De jongerensite krijgt ook een sociale functie, met o.a. huiswerkbegeleiding. Er is een innovatieruimte met een fablab (een gemeenschappelijke werkruimte), een atelier voor jonge starters en ‘hackathons’ (bijeenkomsten van software- en website-ontwikkelaars). Hiervoor wordt samengewerkt met initiatieven als het Huis van de Toekomst. Ondernemende jongeren worden hier op weg geholpen naar hun eigen bedrijfje. Een jaarlijkse innovatieprijs moedigt hen aan. Het wordt de kern van een netwerk waar jongeren, samen met scholen en ondernemers, nieuwe beroepsvaardigheden kunnen opdoen.
Intussen wordt het creatief gebruik van leegstaande gebouwen actief aangemoedigd. Een recent initiatief zoals Stal Cheval, gelanceerd door Vilvoordse jongeren, toont de weg die Vilvoorde op moet. We geven jongeren - letterlijk - de sleutels om Vilvoorde hipper te maken. Een stad als Vilvoorde moet ook een volwaardig festival aanbieden, ter vervanging van Marktrock.
De jeugdraad wordt versterkt en beslist mee over hoe het jeugdbudget besteed wordt. Een digitaal jongerenforum zorgt voor een permanente dialoog met jongeren, ook met jongeren die niet bij een vereniging zijn.
Jongeren, zeker min-12-jarigen, willen een avontuurlijke stad. Ze willen ravotten op groene plekjes in de stad, naar het voorbeeld van het ‘wildebras-project’ in Kortrijk. Voor de oudere schoolgaande jeugd komen er ‘rondhangplekken’. Daar, en niet in een straat als de Leuvensestraat, kunnen zij na de schooluren verzamelen. De schoolgaande jongeren verdienen een bijzondere inspanning. Hun aantal steeg de voorbije jaren maar liefst zes keer sneller dan het Vlaams gemiddelde en zal blijven toenemen. Meer en kwaliteitsvollere schoolcapaciteit is daarom de beste investering in de toekomst van onze stad. Zoals in vorige jaren blijven we daarop aandringen bij de Vlaamse Minister van Onderwijs Hilde Crevits, of haar opvolger.